Formes de triumphierender [adj.]
Nominativtriumphierendere
Akkusativtriumphierenderen
Dativtriumphierenderen
Genitivtriumphierenderen
Nominativtriumphierendere
Akkusativtriumphierendere
Dativtriumphierenderen
Genitivtriumphierenderen
Nominativtriumphierendere
Akkusativtriumphierendere
Dativtriumphierenderen
Genitivtriumphierenderen
Nominativtriumphierenderen
Akkusativtriumphierenderen
Dativtriumphierenderen
Genitivtriumphierenderen
Nominativtriumphierenderer
Akkusativtriumphierenderen
Dativtriumphierenderen
Genitivtriumphierenderen
Nominativtriumphierendere
Akkusativtriumphierendere
Dativtriumphierenderen
Genitivtriumphierenderen
Nominativtriumphierenderes
Akkusativtriumphierenderes
Dativtriumphierenderen
Genitivtriumphierenderen
Nominativtriumphierenderen
Akkusativtriumphierenderen
Dativtriumphierenderen
Genitivtriumphierenderen
Nominativtriumphierenderer
Akkusativtriumphierenderen
Dativtriumphierenderem
Genitivtriumphierenderen
Nominativtriumphierendere
Akkusativtriumphierendere
Dativtriumphierenderer
Genitivtriumphierenderer
Nominativtriumphierenderes
Akkusativtriumphierenderes
Dativtriumphierenderem
Genitivtriumphierenderen
Nominativtriumphierendere
Akkusativtriumphierendere
Dativtriumphierenderen
Genitivtriumphierenderer
(Pos.)triumphierender
(Komp.)triumphierenderer
(Super.)triumphierenderst
Mots se fléchissant sur le même modèle :
verquirlt nahestehend ungut erkämpfend zurücksehnender hinpurzelnd durchladend privatisierend heranschmeißend interkulturell gewandelt fremdsprachlich heterogener großschnauzig anfordernd wirklichkeitsgetreu absattelnd pariert geboomt predigend ... (32261 mots)