Formes de einmarschierend [adj.]
Nominativeinmarschierende
Akkusativeinmarschierenden
Dativeinmarschierenden
Genitiveinmarschierenden
Nominativeinmarschierende
Akkusativeinmarschierende
Dativeinmarschierenden
Genitiveinmarschierenden
Nominativeinmarschierende
Akkusativeinmarschierende
Dativeinmarschierenden
Genitiveinmarschierenden
Nominativeinmarschierenden
Akkusativeinmarschierenden
Dativeinmarschierenden
Genitiveinmarschierenden
Nominativeinmarschierender
Akkusativeinmarschierenden
Dativeinmarschierenden
Genitiveinmarschierenden
Nominativeinmarschierende
Akkusativeinmarschierende
Dativeinmarschierenden
Genitiveinmarschierenden
Nominativeinmarschierendes
Akkusativeinmarschierendes
Dativeinmarschierenden
Genitiveinmarschierenden
Nominativeinmarschierenden
Akkusativeinmarschierenden
Dativeinmarschierenden
Genitiveinmarschierenden
Nominativeinmarschierender
Akkusativeinmarschierenden
Dativeinmarschierendem
Genitiveinmarschierenden
Nominativeinmarschierende
Akkusativeinmarschierende
Dativeinmarschierender
Genitiveinmarschierender
Nominativeinmarschierendes
Akkusativeinmarschierendes
Dativeinmarschierendem
Genitiveinmarschierenden
Nominativeinmarschierende
Akkusativeinmarschierende
Dativeinmarschierenden
Genitiveinmarschierender
(Pos.)einmarschierend
(Komp.)einmarschierender
(Super.)einmarschierendst
Mots se fléchissant sur le même modèle :
verquirlt nahestehend ungut erkämpfend zurücksehnender hinpurzelnd durchladend privatisierend heranschmeißend interkulturell gewandelt fremdsprachlich heterogener großschnauzig anfordernd wirklichkeitsgetreu absattelnd pariert geboomt predigend ... (32261 mots)